Fiscus legt 76 amateurvoetbalclubs onder vergrootglas

Veel voetbalclubs die in de hoofdklasse van het amateurvoetbal spelen zijn eigenlijk (semi)profclubs. Deze conclusie kan men trekken uit het onderzoek van de fiscus onder 84 hoofdklassers in het amateurvoetbal.

Veel voetbalclubs die in de hoofdklasse van het amateurvoetbal spelen zijn eigenlijk (semi)profclubs. Deze conclusie kan men trekken uit het onderzoek van de fiscus onder 84 hoofdklassers in het amateurvoetbal. De onderzoeken hebben betrekking op vijf jaar en leverden in totaal ruim € 6,5 miljoen aan correcties op. Gemiddeld werd per club € 55.500 aan loonbelasting en € 28.500 aan BTW gecorrigeerd. Niet bij alle clubs: acht clubs hadden de zaken op orde. Vijftien clubs kregen te maken met meer dan € 100.000 aan correcties.

De onderzoeken zijn in 2005 gestart en vonden in overleg met de KNVB plaats. Aanleiding voor de onderzoeken was onder meer de mogelijk oneerlijke concurrentie tussen de amateurclubs onderling en tussen amateur- en betaald voetbal. Een belangrijk doel van de onderzoeken is de verbetering op administratief en belastingterrein bij de clubs.

Grote financiële belangen
De financiële belangen in de hoofdklasse zijn relatief groot. Sommige clubs zijn vergelijkbaar met het niveau van clubs in de Jupiler League in het betaald voetbal. De ontwikkeling van een club naar dat niveau gaat soms sneller dan de ontwikkeling op bestuurlijk niveau. Na de eerste bevindingen heeft de Belastingdienst de clubs voorgelicht over de meest voorkomende fiscale aspecten op het terrein van de loon- en omzetbelasting. Deze voorlichting zal vanaf het najaar van 2009 in samenwerking met de KNVB ook aan de voetbalclubs in de lagere klassen worden aangeboden.

Correcties’
Veruit de meeste correcties in de loonbelasting hebben betrekking op betalingen aan spelers. Als een betaling geen onkostenvergoeding maar een beloning is voor de werkzaamheden als speler, is in de meeste gevallen sprake van een dienstbetrekking en moet de club loonbelasting inhouden.
De correcties omzetbelasting hebben veelal betrekking op het zogeheten gemengde ondernemerschap van de voetbalclub. Een voetbalclub is een gemengde ondernemer omdat over het gelegenheid geven tot sportbeoefening geen omzetbelasting hoeft te worden afgedragen, maar wel over activiteiten als de exploitatie van de kantine (als deze omzet een bepaald bedrag te boven gaat), reclame en de verkoop van toegangskaartjes. De clubs hebben van de Belastingdienst richtlijnen voor de splitsing ontvangen, zodat deze voortaan op de juiste wijze plaatsvindt.

Over de eindresultaten gaan de KNVB en de Landelijke Doelgroep Sport van de Belastingdienst in gesprek om te zien of de voorlichting en begeleiding van de voetbalclubs verder kan worden ontwikkeld.

Start aangescherpte deeltijd-WW op 20 juli 2009

Bedrijven kunnen vanaf 20 juli 2009 gebruikmaken van de nieuwe, aangescherpte deeltijd-WW. Daarnaast gaan strengere regels tegen fraude gelden. Het budget is verhoogd naar 950 miljoen euro.

Bedrijven kunnen vanaf 20 juli 2009 gebruikmaken van de nieuwe, aangescherpte deeltijd-WW. Daarnaast gaan strengere regels tegen fraude gelden. Het budget is verhoogd naar 950 miljoen euro. Dat schrijft minister Donner (SZW) in een brief aan de Tweede Kamer.

Op 1 april 2009 werd de regeling voor deeltijd-WW geïntroduceerd om vakkrachten bij bedrijven te behouden die anders door de crisis zouden worden ontslagen. De regeling sloot op 23 juni 2009 omdat het maximumbedrag voor deeltijd-WW was bereikt. Donner scherpt de regels aan na een evaluatie over deze periode. Hieruit bleek dat veel bedrijven deeltijd-WW aanvroegen voor het overgrote deel van hun personeel. De regeling kan dan maar door weinig bedrijven worden gebruikt.

 

Aanpassing

Bedrijven kunnen zelf bepalen in welke mate zij deeltijd-WW nodig hebben en voor welk deel van hun personeel. Wel moeten zij de werktijd van hun werknemers met minimaal 20% verkorten en van plan zijn de regeling minimaal zes maanden te gebruiken. Hoe meer werknemers een bedrijf in de deeltijd-WW plaatst, hoe korter de uitkering duurt:

  • meer dan 60% van de werknemers: 9 maanden;
  • tussen 30 en 60%: 12 maanden;
  • minder dan 30%: 15 maanden.

Ook gaat de verlenging niet meer in periodes van zes maanden, maar in drie maanden. 

Fraude

Ook de regels tegen fraude worden strenger. Als fraude wordt geconstateerd, wordt de deeltijd-WW voor het hele bedrijf stopgezet en moeten alle uitkeringen worden terugbetaald. Dat geldt ook voor de uitkeringen die terecht zijn ontvangen. De werknemer betaalt de uitkering terug waarvan vaststaat dat die onterecht is verkregen. De werkgever moet alle overige uitkeringen terugbetalen. 

Scholing

Bedrijven kunnen geen verlenging van de deeltijd-WW meer krijgen, als niet duidelijk is dat de deeltijders ook echt scholing (gaan) krijgen. Bij onjuiste opgave van scholing geldt ook de frauderegeling. Verder mogen de deeltijders in het bedrijf scholing gaan geven aan stagiairs en werknemers die korter dan een jaar in dienst zijn.

Inkoopregeling AOW van 5 naar 10 jaar

Mensen die over een onvolledige AOW-opbouw beschikken, krijgen langer de tijd om te beslissen of ze extra AOW willen inkopen.

De periode wordt verlengd van 5 naar 10 jaar.

Mensen die over een onvolledige AOW-opbouw beschikken, krijgen langer de tijd om te beslissen of ze extra AOW willen inkopen.

 

De periode wordt verlengd van 5 naar 10 jaar. De regeling geldt voor mensen die na hun 15e verjaardag voor het eerst in Nederland komen wonen of werken.

 

Mensen bouwen in Nederland een AOW pensioen op tussen 15 en 65 jaar: 2 procent voor ieder jaar dat iemand in Nederland woont of werkt. Mensen die na hun 15de voor het eerst in Nederland komen wonen of werken, krijgen te maken met een onvolledige opbouw. Met de inkoopregeling AOW krijgen mensen langer de tijd om te beslissen of zij dit tekort vanaf hun 15e verjaardag tot zij in Nederland kwamen, willen aanvullen.

 

Het kabinet streeft ernaar de nieuwe regel op 1 januari 2010 in te laten gaan.

Bron: SVB >>

Belastingdienst publiceert nieuwe lijst cao-codes

Per 1 juli 2009 zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd in de lijst met cao-codes. Er zijn nieuwe codes toegevoegd en sommige codes hebben een andere naam gekregen

Per 1 juli 2009 zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd in de lijst met cao-codes. Er zijn nieuwe codes toegevoegd en sommige codes hebben een andere naam gekregen.

 

Deze wijzigingen zijn van belang bij het doen van de aangifte loonheffingen.

Na wijzigingen per 1 augustus 2008 en 1 januari 2009 zijn per 1 juli 2009 opnieuw diverse nieuwe cao-codes geïntroduceerd. Deze nieuwe codes hoeven pas te worden gebruikt voor aangiftetijdvakken met een begindatum op of na 1 juli 2009. Deze cao-codes hoeven dus niet gecorrigeerd te worden in eerdere loonaangiftes.

De aangepaste cao-codelijst kunt u vinden op de website van de Belastingdienst.

Bron: De Belastingdienst >>

Donner zet maximering ontslagvergoeding door

Minister Donner (SZW) houdt vast aan zijn uitleg van het akkoord met werkgevers en vakbonden over aftopping van ontslagvergoedingen.

Minister Donner (SZW) houdt vast aan zijn uitleg van het akkoord met werkgevers en vakbonden over aftopping van ontslagvergoedingen.

 

De CDA-bewindsman schrijft donderdag in een brief aan de Tweede Kamer dat hij zijn wetsvoorstel over maximering van gouden handdrukken in overleg met sociale partners alleen heeft “verduidelijkt”.

Volgens het akkoord dat het kabinet, werkgevers en vakbonden in het najaar van 2008 hebben gesloten, wil Donner regelen dat mensen met een jaarinkomen vanaf 75.000 euro maximaal een jaarsalaris meekrijgen bij ontslag. Maar de Kamer had de minister in maart gevraagd opnieuw met sociale partners om tafel te gaan. De vakcentrales FNV en CNV klaagden dat Donner zich niet aan de afspraken hield en hun onderhandelingsvrijheid te veel inperkte.

Volgens Donner moeten rechters straks de maximale vergoeding toekennen, zoals die in de wet komt te staan. Dat geldt ook in de gevallen dat werkgevers en werknemers onderlinge afspraken hebben gemaakt over een hogere gouden handdruk. Dit stuitte de vakbeweging tegen de borst. Maar werkgevers en Donner hebben altijd gezegd dat bij individuele afspraken over ontslag en sociale plannen voor reorganisaties er in principe geen rechter aan te pas komt en dus ook geen problemen worden verwacht.

Wanneer toch een dergelijke zaak wordt voorgelegd aan de rechter kan de werknemer volgens de minister via een civiele procedure alsnog de hogere vergoeding vorderen. In de praktijk vindt volgens hem vaak tijdens dezelfde zitting zowel de ontslag- als de civiele zaak plaats “zodat een en ander snel kan worden kort gesloten”.

(c) ANP 2009 alle rechten voorbehouden