Nieuw convenant horizontaal toezicht Belastingdienst en NOAB

De Belastingdienst en De Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB) sloten woensdag een convenant horizontaal toezicht. Staatssecretaris van Financiën Frans Weekers tekende de overeenkomst namens de Belastingdienst.

De Belastingdienst en De Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB) sloten woensdag een convenant horizontaal toezicht. Staatssecretaris van Financiën Frans Weekers tekende de overeenkomst namens de Belastingdienst.Kwaliteit aangifteprocesIn de overeenkomst staan afspraken met de aangesloten NOAB-kantoren over de wijze waarop zij het aangifteproces inrichten. Met als doel de kwaliteit van de aangiften te verbeteren. Ook door vooroverleg te voeren over fiscale risico’s kan de Belastingdienst de controles achteraf beperken.

 VoordelenVertrouwen, begrip en transparantie staan aan de basis van deze samenwerking op het gebied van toezicht, die voordelen biedt voor klanten van de NOAB-kantoren. Hun aangifte wordt sneller verwerkt, waardoor zij eerder financiële zekerheid hebben.

 Verbeterde kwaliteitssystemenDe Belastingdienst en de NOAB sluiten met dit definitieve convenant een proefperiode van 2 jaar af. Dit na doorgevoerde verbeteringen van de kwaliteitssystemen door de NOAB.

 Nieuwe convenantgesprekkenDe Belastingdienst voert momenteel gesprekken met verschillende partijen om te komen tot samenwerking op het gebied van horizontaal toezicht. Het uitgangspunt is dat elk kwalitatief goed belastingadvieskantoor hieraan moet kunnen deelnemen.

 

 

 

 

 

 

Versoepeling technische inrichtingseisen voor bestelauto’s

Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft onlangs een besluit uitgebracht met enige versoepelingen in de technische inrichtingseisen voor bestelauto’s. Het betreft eisen die betrekking hebben op de vaste wand tussen de bestuurderscabine en de laadruimte.

Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft onlangs een besluit uitgebracht met enige versoepelingen in de technische inrichtingseisen voor bestelauto’s. Het betreft eisen die betrekking hebben op de vaste wand tussen de bestuurderscabine en de laadruimte. Zo wordt het gebruik van popnagels als bevestigingsmateriaal toegestaan, hoeft de wand niet meer aan de bovenzijde te worden vastgezet en hoeft de wand niet overal aan de carrosserie aan te sluiten. Door deze wijzigingen wordt het voor fabrikanten en importeurs eenvoudiger een bestelauto aan te passen aan de Nederlandse fiscale bepalingen. Het besluit zal op 1 juni 2009 in werking treden.

Volledig bericht
Het rijden in een bestelauto is voor ondernemers (in de zin van de Wet op de omzetbelasting) goedkoper en fiscaal voordeliger dan het rijden in een personenauto. Een bestelauto die voor de onderneming wordt gebruikt, is namelijk vrijgesteld voor de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm). Dat scheelt 40% van de netto catalogusprijs (catalogusprijs verminderd met omzetbelasting) minus een drempel van € 1.288 (jaar 2009). Voor auto’s met een compressieontsteking bedraagt de besparing 40% plus € 366 (jaar 2009). Verder geldt voor een bestelauto van een ondernemer in het algemeen een lager tarief voor de motorrijtuigenbelasting en bestaat binnen daartoe gestelde grenzen recht op de investeringsaftrek bij aanschaf van een bestelauto.

Voor bestelauto’s gelden bepaalde voorwaarden met betrekking tot de afmetingen en inrichting van de laadruimte. Als een auto aan deze voorwaarden voldoet, is geen sprake van een personenauto. In dat geval hebben voor de omzetbelasting geregistreerde ondernemers recht op een vrijstelling van bpm.

Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft onlangs een besluit uitgebracht met enige versoepelingen in de technische inrichtingseisen voor bestelauto’s. Het betreft eisen die betrekking hebben op de vaste wand tussen de bestuurderscabine en de laadruimte. Zo wordt het gebruik van popnagels als bevestigingsmateriaal toegestaan, hoeft de wand niet meer aan de bovenzijde te worden vastgezet en hoeft de wand niet overal aan de carrosserie aan te sluiten. Door deze wijzigingen wordt het voor fabrikanten en importeurs eenvoudiger een bestelauto aan te passen aan de Nederlandse fiscale bepalingen. Het besluit zal op 1 juni 2009 in werking treden.

Bron: Ministerie van Financiën, 12-5-2009, nr. CPP2009/764M (gepubliceerd 27-5-2009).

Belastingdienst volgt voortaan op Handboek loonheffingen gebaseerd standpunt van werkgever

De staatssecretaris van Financiën heeft een geactualiseerd besluit uitgebracht over het beleid met betrekking tot loonheffingen. Daarnaast bestaat er ook een Handboek loonheffingen, dat werkgevers kunnen gebruiken voor hun aangiften loonbelasting en premie volksverzekeringen. Het handboek biedt niet dezelfde rechtsbescherming als de beleidsbesluiten. De staatssecretaris vindt dat ongewenst in situaties waarin werkgevers in redelijkheid afgaan op dit handboek. Daarom zal de Belastingdienst voortaan de handelwijze van de werkgever volgen, als deze bij het nakomen van zijn inhoudingsplicht is afgegaan op het Handboek loonheffingen, tenzij de verstrekte informatie in het handboek zo duidelijk onjuist is dat de werkgever dit in redelijkheid had moeten beseffen. Het geactualiseerde besluit is met ingang van 13 maart 2009 in werking getreden.

 

Volledig bericht

De staatssecretaris van Financiën heeft een geactualiseerd besluit uitgebracht over het beleid met betrekking tot loonheffingen. Daarnaast bestaat er ook een Handboek loonheffingen, dat werkgevers kunnen gebruiken voor hun aangiften loonbelasting en premie volksverzekeringen. Het handboek biedt niet dezelfde rechtsbescherming als de beleidsbesluiten, omdat het handboek wordt gezien als algemeen voorlichtingsmateriaal. De staatssecretaris vindt dat ongewenst in situaties waarin werkgevers in redelijkheid afgaan op het handboek. Dit speelt vooral bij standpunten die niet letterlijk zijn overgenomen uit de rechtspraak of uit andere rechtsbronnen. Daarom zet de staatssecretaris in het geactualiseerde besluit uiteen wat de status is van het Handboek loonheffingen (en de bijbehorende nieuwsbrieven en mededelingen).
 
De hoofdregel is voortaan dat de Belastingdienst de handelwijze van de werkgever volgt, als deze bij het nakomen van zijn inhoudingsplicht is afgegaan op het Handboek loonheffingen. Hierop bestaat een uitzondering. Is de verstrekte informatie in het handboek zo duidelijk onjuist dat de werkgever dit in redelijkheid had moeten beseffen, dan volgt de belastingdienst de handelwijze van de werkgever niet.
 
Het geactualiseerde besluit vervangt het besluit van 22 augustus 2007 en daarnaast worden twee eerdere besluiten ingetrokken. In het nieuwe besluit zijn de standpunten van de belastingdienst opgenomen, die betrekking hebben op de fiscale duiding van bepaalde arbeidsvoorwaarden. Het gaat daarbij om de vraag of al dan niet sprake is van belast loon uit dienstbetrekking of een mogelijke (gedeeltelijke) vrije vergoeding of verstrekking. In het nieuwe besluit zijn de paragrafen over de wettelijke vrijstelling van bepaalde vergoedingen van ziektekosten vervallen, omdat deze vrijstelling met ingang van 1 januari 2009 niet meer geldt.
 
Het geactualiseerde besluit is met ingang van 13 maart 2009 in werking getreden.
 
Bron: Ministerie van Financiën, 20-2-2009, nr. CPP2009/78M (gepubliceerd 11-3-2009).